- DIT-riool
DIT-riool
Eigenschappen
Voorkeurslabel | DIT-riool |
---|---|
Definitie | Drainage transportriool, gecombineerde grondwater-, hemelwaterafvoer en -infiltratie. |
Synoniem | DIT-riolen |
Exacte overeenkomst | https://data.gwsw.nl/totaal/DIT-riool |
Relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunten |
---|---|---|
DIT-riool | Breder | |
DIT-riool | Bron van |
|
Afgeleide relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunt |
---|---|---|
vrijverval leidingsegment (Begrip) | Gerelateerd | DIT-riool |
Een stelsel van (civiel)technische voorzieningen dat zich onder of boven het aardoppervlak bevindt, bestemd voor de inzameling, transport en tijdelijke opslag van afvalwater.
Afsluitbare duiker waardoor het water in en uit een sluiskolk kan worden gelaten. Bij sluizen met een groot verval gebruikt men vaak omloopriolen.
Een stelsel van (civiel)technische voorzieningen dat zich onder of boven het aardoppervlak bevindt, bestemd voor de inzameling, transport en tijdelijke opslag van afvalwater.
Afsluitbare duiker waardoor het water in en uit een sluiskolk kan worden gelaten. Bij sluizen met een groot verval gebruikt men vaak omloopriolen.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Afvoer van water over en door de grond om de grondwaterstand kunstmatig te beïnvloeden.
Een gesloten rioolleiding waarop in principe geen aansluitleidingen zijn aangesloten.
Al het water dat zich onder het bodemoppervlak in de verzadigde zone bevindt en dat in direct contact met bodem of ondergrond staat.
Het totale debiet bij regen, dat wil zeggen de hemelwaterafvoer en het afvalwaterdebiet gesommeerd.
Eindpunt van het afvoer van hemelwater, gezien vanuit de wegbeherende instantie meestal gevormd door een fysieke constructie, waaraan overdracht van het op het oppervlak aanwezige hemelwater naar een ander stelsel plaatsvindt of aannemelijk wordt geacht.
De neerwaartse stroming in een gebied.
De voeding door middel van infiltratiebassins of andere kunstmatige middelen.
Het intreden van water aan het grondoppervlak.
De aanvulling van water onder het grondoppervlak d.m.v. een slotenstelsel of buizenstelsel.
Een stelsel van (civiel)technische voorzieningen dat zich onder of boven het aardoppervlak bevindt, bestemd voor de inzameling, transport en tijdelijke opslag van afvalwater.
Afsluitbare duiker waardoor het water in en uit een sluiskolk kan worden gelaten. Bij sluizen met een groot verval gebruikt men vaak omloopriolen.
Een stelsel van (civiel)technische voorzieningen dat zich onder of boven het aardoppervlak bevindt, bestemd voor de inzameling, transport en tijdelijke opslag van afvalwater.
Afsluitbare duiker waardoor het water in en uit een sluiskolk kan worden gelaten. Bij sluizen met een groot verval gebruikt men vaak omloopriolen.
Obligatoire verbintenisscheppende, meerzijdige rechtshandeling in de vorm van een wilsovereenkomst tussen twee of meer partijen gericht op het in het leven roepen van verbintenissen.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
Een begrip is een entiteit waarmee een bepaalde klasse, een idee of een relatie als object aangeduid kan worden.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Oorsprong van een emissie.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
In de wiskunde is de afgeleide of het differentiaalquotiënt een maat voor verandering van een functie ten opzichte van verandering van zijn variabelen. Voor een functie in één variabele is de afgeleide de limiet van de verhouding tussen de verandering in de functiewaarde en de verandering in de variabele die daaraan ten grondslag ligt.
Een natuurlijk dan wel niet-natuurlijk persoon waarvan de waterbeheerder gegevens bewaart.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.