- wetland
wetland
Eigenschappen
Voorkeurslabel | wetland |
---|---|
Definitie | Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund. |
Synoniem | wetlands, drasland, draslanden, waterrijk gebied, moeras, waterrijke gebieden, moerassen |
Toelichting op definitie | Kan worden vernietigd door baggeren of opvullen. (Bron: Frick GW (1984) Environmental Glossary. Rockville: Government Institutes. 325 pp. / Aquo) |
Exacte overeenkomst | https://aquo.begrippenxl.nl/aquo/nl/page/Id-5e4fc3b6-04bb-45a1-b9bc-6b3405bd2838 |
Afbeelding van | ![]() Wetland, vennetje, Fochteloerveen. |
Status | Concept |
Relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunten |
---|---|---|
wetland | Breder | |
wetland | Bron van |
|
wetland | Gerelateerd | |
wetland | Lid van Aquo |
|
Afgeleide relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunt |
---|---|---|
broekbos (Begrip) | Breder | wetland |
inlaag (Begrip) | Breder | wetland |
1% norm (Begrip) | Deel van | wetland |
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
De oppervlakte van een vlakke meetkundige figuur, of algemener van een tweedimensionaal meetkundig object, is een maat voor de grootte ervan. Afmetingen van een tweedimensionaal gebied.
Al het water dat zich onder het bodemoppervlak in de verzadigde zone bevindt en dat in direct contact met bodem of ondergrond staat.
De mate waarin data met een afgesproken frequentie zijn geregistreerd.
Rijkdom aan planten, zowel de structuur als het soortenaantal betreffende.
Uit delen samenstellen.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Het gehele proces van ontgraven, transport en storten van materiaal onder water met als doel het verdiepen of winnen van mineralen.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Oorsprong van een emissie.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
Oorsprong van een emissie.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Uniforme taal voor het uitwisselen van gegevens binnen de watersector.
Een topografische - en internationaal rechtserkende eenheid.
Objectcategorie in het natte beheer van de infrastructuur waaraan functie-eisen gesteld worden voor m.n. ecologie en waterkwaliteit, drinkwater, regionale watervoorziening, beroepsvisserij koelwater en zwemwater.
Grondoppervlak in principe bedekt met water.
De meest algemene, over de gehele aarde verbreide vloeistof die, als zij zuiver is, geen kleur, reuk of smaak heeft en waarvan de moleculen uit twee atomen waterstof en één atoom zuurstof bestaan (H2O).
Het geheel van virtuele en fysieke (aanwijsbare) opdelingen en indelingen van het aardoppervlak.
Het geheel van virtuele en fysieke (aanwijsbare) opdelingen en indelingen van het aardoppervlak.
Scheidingslijn tussen bestuurs-, verzorgings-, juridische of andere gebiedseenheden. Grenzen zijn kunstmatig aangebrachte lijnen die het ene stuk land of (administratief) gebied van het andere scheiden.
De variëteit aan flora en fauna in een ecosysteem.
Onder water raken van ofwel de begrenzingen van een stroom of een ander oppervlaktewaterlichaam, ofwel van gebieden die normaal niet onder water staan.
Een periode van abnormaal droog weer die lang genoeg duurt zodat het gebrek aan water een serieuze hydrologische impact heeft in het getroffen gebied.
Oppervlakte van de aarde.
Grond is een mengsel van verweerd vast materiaal (sediment), water en lucht dat aan het aardoppervlak of (vlak) daaronder voorkomt.
De Waddenzee (Fries: Waadsee, Duits: Wattenmeer, Deens: Vadehavet) is de binnenzee tussen de Waddeneilanden en de Noordzee aan de ene kant, en het vasteland van Nederland, Duitsland en Denemarken aan de andere kant.
Grondsoort die grotendeels bestaat (ontstaan is) uit afgestorven plantenresten.
De Aarde (soms de wereld of Terra genoemd) is vanaf de Zon gerekend de derde planeet van het zonnestelsel.
Beschrijving van een in een bepaald deel van de zuiveringsinstallatie/kunstwerk gebruikt onderdeel.
Geheel van individuen die in alle enigszins belangrijk geachte kenmerken met elkaar en met hun nakomelingen overeenkomen.
Een groep voorwerpen die een bepaald aantal kenmerken gemeenschappelijk heeft en zich daarin onderscheidt van overeenkomstige groepen. Verzameling mensen of dingen met dezelfde eigenschappen.
Karakteristieke leefomgeving van een levensgemeenschap waarvan de belangrijkste klimatologische, bodemkundige en biologische condities uniform zijn.
Het weer is de gesteldheid van de atmosfeer op een bepaald ogenblik. Dit in tegenstelling tot het klimaat, dat een gemiddelde is van de verschillende meteorologische metingen over een afgelopen periode van 30 jaar.
Vogels (Aves) zijn een klasse van warmbloedige, gewervelde dieren die gekenmerkt worden door het bezit van veren, een hol maar sterk skelet, en de aangepaste voorste ledematen die hen in beginsel het vermogen geeft te vliegen. Vogels komen wereldwijd voor, in zeer uiteenlopende milieus. Sommige zijn aangepast aan het leven in water, zoals zeevogels, andere aan het leven op het land, zoals loopvogels, en weer andere zijn behendige vliegers. Er zijn meer dan tienduizend soorten beschreven, waarvan meer dan de helft tot de zangvogels behoren.
Obligatoire verbintenisscheppende, meerzijdige rechtshandeling in de vorm van een wilsovereenkomst tussen twee of meer partijen gericht op het in het leven roepen van verbintenissen.
De term watervogels heeft minstens twee betekenissen:
- een taxonomische betekenis, als een groep van vogelsoorten met dezelfde voorouder.
- een ecologische betekenis, als groepen van vogelsoorten die een bepaalde binding aan wetlands (moerassen en wateren) hebben.
Geconcentreerde uitstroming van kwelwater.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Oorsprong van een emissie.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
Oorsprong van een emissie.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Wikipedia is een online encyclopedie die ernaar streeft inhoud te bieden die vrij herbruikbaar, objectief en verifieerbaar is.
Document dat een tweedimensionale representatie van een object, persoon of situatie is. Toelichting: Een voor de hand liggend voorbeeld is een foto van een persoon. Er zijn evenwel diverse andere soorten van tweedimensionale representaties van objecten.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Gebieden die ondergelopen of verzadigd zijn van oppervlakte of grondwater met een frequentie en duur die lang genoeg is om vegetatie die typisch is aangepast voor het leven in verzadigde bodemomstandigheden, mogelijk te maken en ook deze normaliter ook ondersteund.
Een klein ondiep meer gelegen in heidegebied.
Mentale representatie van een soort ding.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
Een begrip is een entiteit waarmee een bepaalde klasse, een idee of een relatie als object aangeduid kan worden.
In de wiskunde is de afgeleide of het differentiaalquotiënt een maat voor verandering van een functie ten opzichte van verandering van zijn variabelen. Voor een functie in één variabele is de afgeleide de limiet van de verhouding tussen de verandering in de functiewaarde en de verandering in de variabele die daaraan ten grondslag ligt.
Een natuurlijk dan wel niet-natuurlijk persoon waarvan de waterbeheerder gegevens bewaart.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.