- zandvang
zandvang
Eigenschappen
Voorkeurslabel | zandvang |
---|---|
Definitie | Een zandvang is een bak met tussenschotten die gebruikt wordt bij het drooghouden van een bouwput. Het water uit de bouwput loopt via de zandvang naar bijvoorbeeld een sloot of het riool; na scheiding van het zogenoemde roostergoed wordt het eventuele zand opgevangen in de zandvang (alles wat niet door een rooster komt, blijft achter). |
Synoniem | zandvanger |
Toelichting op definitie | "De zandvang is de tweede fase van het mechanische zuiveringsproces in rioolwaterzuiveringsinstallaties en wordt gebruikt om fijne vaste deeltjes zoals zand, steentjes en glasscherven, alsook olie en vet uit afvalwater te verwijderen." |
Exacte overeenkomst | https://www.joostdevree.nl/shtmls/zandvang.shtml |
Video van | |
Status | Concept |
Relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunten |
---|---|---|
zandvang | Breder | |
zandvang | Bron van |
|
zandvang | Deel van |
Afgeleide relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunt |
---|
Inrichting in een waterloop die dient om het door het water meegevoerde zand te laten bezinken.
Een zandvang is een bak met tussenschotten die gebruikt wordt bij het drooghouden van een bouwput. Het water uit de bouwput loopt via de zandvang naar bijvoorbeeld een sloot of het riool; na scheiding van het zogenoemde roostergoed wordt het eventuele zand opgevangen in de zandvang (alles wat niet door een rooster komt, blijft achter).
Inrichting in een waterloop die dient om het door het water meegevoerde zand te laten bezinken.
Een zandvang is een bak met tussenschotten die gebruikt wordt bij het drooghouden van een bouwput. Het water uit de bouwput loopt via de zandvang naar bijvoorbeeld een sloot of het riool; na scheiding van het zogenoemde roostergoed wordt het eventuele zand opgevangen in de zandvang (alles wat niet door een rooster komt, blijft achter).
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Objectcategorie in het natte beheer van de infrastructuur waaraan functie-eisen gesteld worden voor m.n. ecologie en waterkwaliteit, drinkwater, regionale watervoorziening, beroepsvisserij koelwater en zwemwater.
Grondoppervlak in principe bedekt met water.
De meest algemene, over de gehele aarde verbreide vloeistof die, als zij zuiver is, geen kleur, reuk of smaak heeft en waarvan de moleculen uit twee atomen waterstof en één atoom zuurstof bestaan (H2O).
Algemene benaming voor een waterloop van beperkte breedte die stilstaand of slechts langzaam stromend water bevat.
Een stelsel van (civiel)technische voorzieningen dat zich onder of boven het aardoppervlak bevindt, bestemd voor de inzameling, transport en tijdelijke opslag van afvalwater.
Afsluitbare duiker waardoor het water in en uit een sluiskolk kan worden gelaten. Bij sluizen met een groot verval gebruikt men vaak omloopriolen.
Een natuurlijk los afzettingsgesteente bestaande uit een mengsel van voornamelijk minerale deeltjes met een korrelgrootte die hoofdzakelijk ligt tussen 0.063 en 2 mm. De samenstelling en aard van de korrels en korrelgrootte verdeling kan sterk variëren. Van het totaal aan minerale deeltjes kleiner dan 2 mm is maximaal 8% kleiner dan 0.002 mm en maximaal 50% kleiner dan 0.063 mm, terwijl maximaal 30% van het volledige minerale mengsel groter dan 2 mm mag zijn.
Raamwerk van evenwijdig of kruiselings lopende staven voor het verwijderen van vuil uit de waterstroom.
Inrichting in een waterloop die dient om het door het water meegevoerde zand te laten bezinken.
Een zandvang is een bak met tussenschotten die gebruikt wordt bij het drooghouden van een bouwput. Het water uit de bouwput loopt via de zandvang naar bijvoorbeeld een sloot of het riool; na scheiding van het zogenoemde roostergoed wordt het eventuele zand opgevangen in de zandvang (alles wat niet door een rooster komt, blijft achter).
Inrichting in een waterloop die dient om het door het water meegevoerde zand te laten bezinken.
Een zandvang is een bak met tussenschotten die gebruikt wordt bij het drooghouden van een bouwput. Het water uit de bouwput loopt via de zandvang naar bijvoorbeeld een sloot of het riool; na scheiding van het zogenoemde roostergoed wordt het eventuele zand opgevangen in de zandvang (alles wat niet door een rooster komt, blijft achter).
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Aantal samenhangende stappen in een werkproces waarover tussen de bestuurslagen afspraken worden gemaakt.
De gesteldheid van materie.
Een inrichting waar het rioolwater wordt gezuiverd tot effluentkwaliteit dat geloosd mag worden op het oppervlakte water.
Een deeltje is een kleine hoeveelheid materie. De benaming wordt zowel voor ondeelbare (elementaire) deeltjes als voor systemen van meerdere deeltjes gebruikt.
Vloeibare afvalstoffen die via het riool of per as aangevoerd worden.
Water dat na gebruik overblijft en biologisch, chemisch of thermisch is verontreinigd.
Alle water waarvan de houder zich - met het oog op de verwijdering daarvan - ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen.
Obligatoire verbintenisscheppende, meerzijdige rechtshandeling in de vorm van een wilsovereenkomst tussen twee of meer partijen gericht op het in het leven roepen van verbintenissen.
Mentale representatie van een soort ding.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
Een begrip is een entiteit waarmee een bepaalde klasse, een idee of een relatie als object aangeduid kan worden.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Oorsprong van een emissie.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
In de wiskunde is de afgeleide of het differentiaalquotiënt een maat voor verandering van een functie ten opzichte van verandering van zijn variabelen. Voor een functie in één variabele is de afgeleide de limiet van de verhouding tussen de verandering in de functiewaarde en de verandering in de variabele die daaraan ten grondslag ligt.
Een natuurlijk dan wel niet-natuurlijk persoon waarvan de waterbeheerder gegevens bewaart.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.