- heterotroof
heterotroof
Eigenschappen
Voorkeurslabel | heterotroof |
---|---|
Definitie | Een organisme is een heterotroof organisme als het zijn organische celmateriaal opbouwt uit voedingsstoffen die het betrekt uit organische stoffen, afkomstig van andere organismen. |
Toelichting op definitie | Een heterotroof organisme is dus afhankelijk van andere organismen: het dissimileert moleculen die uiteindelijk, via een kortere of langere voedselketen, door autotrofe organismen aangemaakt zijn. De simpelste heterotrofen zijn eencellige gisten, en veel soorten bacteriën, maar ook alle dieren, inclusief de mens, zijn heterotroof. De vertering kan zowel in het organisme, zoals de spijsvertering bij dieren, als buiten het organisme, zoals bij schimmels, plaatsvinden.
Het woord "heterotroof" is afkomstig uit het Grieks en betekent letterlijk "zich van anderen voedend" (heteros - "vreemd", "een andere"; trophein - "voeden"). Een mycoheterotroof organisme krijgt de benodigde koolhydraten van een schimmel. Heterotroof is het tegenovergestelde van autotroof. De meeste planten zijn autotroof: met behulp van zonlicht, kooldioxide uit de lucht, grondwater en mineralen maken planten hun eigen biomoleculen aan. Uitzonderingen zijn parasitaire en epiparasitaire planten. Vleesetende planten zijn niet heterotroof, omdat ze alleen een aanvulling van mineralen, voornamelijk stikstof, van heterotrofe organismen verkrijgen. (bron: Wikipedia) |
Exacte overeenkomst | https://nl.wikipedia.org/wiki/Heterotroof |
Afbeelding van | ![]() Een stroomschema waarmee men kan bepalen of een soort autotroof, heterotroof of een subtype is. ![]() |
Video van | |
Status | Concept |
Relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunten |
---|---|---|
heterotroof | Breder | |
heterotroof | Bron van |
|
heterotroof | Gerelateerd |
Afgeleide relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunt |
---|---|---|
autotroof (Begrip) | Gerelateerd | heterotroof |
Een organisme is een heterotroof organisme als het zijn organische celmateriaal opbouwt uit voedingsstoffen die het betrekt uit organische stoffen, afkomstig van andere organismen.
Een organisme is een heterotroof organisme als het zijn organische celmateriaal opbouwt uit voedingsstoffen die het betrekt uit organische stoffen, afkomstig van andere organismen.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Levend biologisch wezen.
Levend biologisch wezen.
Stoffen waaruit levende wezens zijn samengesteld.
Voedingsstoffen. Hiermee worden met naam mineralen aangegeven, die essentieel zijn voor de groei van planten.
Levend biologisch wezen.
Levend biologisch wezen.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Combinaties van twee of meer atomen van dezelfde of verschillende elementen die bijeengehouden worden door chemische bindingen.
Autotrofe organismen zijn organismen die CO2 gebruiken als bron van koolstof voor hun cellen. Ze halen hun energie uit anorganische stoffen of uit zonlicht. De energie gebruiken zij om kooldioxide om te zetten in glucose, waarbij zuurstof wordt geproduceerd. Door gebruik van de genoemde energiebronnen zal door de activiteit van autotrofe organismen de hoeveelheid organische stof toenemen.
Autotrofe organismen zijn organismen die CO2 gebruiken als bron van koolstof voor hun cellen. Ze halen hun energie uit anorganische stoffen of uit zonlicht. De energie gebruiken zij om kooldioxide om te zetten in glucose, waarbij zuurstof wordt geproduceerd. Door gebruik van de genoemde energiebronnen zal door de activiteit van autotrofe organismen de hoeveelheid organische stof toenemen.
Een groep voorwerpen die een bepaald aantal kenmerken gemeenschappelijk heeft en zich daarin onderscheidt van overeenkomstige groepen. Verzameling mensen of dingen met dezelfde eigenschappen.
Geheel van individuen die in alle enigszins belangrijk geachte kenmerken met elkaar en met hun nakomelingen overeenkomen.
Een groep voorwerpen die een bepaald aantal kenmerken gemeenschappelijk heeft en zich daarin onderscheidt van overeenkomstige groepen. Verzameling mensen of dingen met dezelfde eigenschappen.
Geheel van individuen die in alle enigszins belangrijk geachte kenmerken met elkaar en met hun nakomelingen overeenkomen.
Een groep van eencellige micro-organismen, die geen celkern hebben en soms in kolonies leven
Een maar is een (voornamelijk) Groningse naam voor een waterloop. Maren zijn meestal smalle, ondiepe, onregelmatige, soms ook niet-natuurlijke stroompjes (slootjes) die al eeuwenlang door het landschap stromen.
De dierenwereld van een regio.
Dieren behoren tot een grote groep organismen, namelijk die van het Rijk der Animalia of Metazoa. Ze zijn over het algemeen meercellig, in staat tot beweging, reageren op hun omgeving en voeden zich met andere organismen.
Het hoogst ontwikkelde, in biologische zin tot de klasse der zoogdieren behorende wezen, dat zich vooral door zijn rede en zijn taal van de dieren onderscheidt.
Een organisme is een heterotroof organisme als het zijn organische celmateriaal opbouwt uit voedingsstoffen die het betrekt uit organische stoffen, afkomstig van andere organismen.
Een organisme is een heterotroof organisme als het zijn organische celmateriaal opbouwt uit voedingsstoffen die het betrekt uit organische stoffen, afkomstig van andere organismen.
Autotrofe organismen zijn organismen die CO2 gebruiken als bron van koolstof voor hun cellen. Ze halen hun energie uit anorganische stoffen of uit zonlicht. De energie gebruiken zij om kooldioxide om te zetten in glucose, waarbij zuurstof wordt geproduceerd. Door gebruik van de genoemde energiebronnen zal door de activiteit van autotrofe organismen de hoeveelheid organische stof toenemen.
Autotrofe organismen zijn organismen die CO2 gebruiken als bron van koolstof voor hun cellen. Ze halen hun energie uit anorganische stoffen of uit zonlicht. De energie gebruiken zij om kooldioxide om te zetten in glucose, waarbij zuurstof wordt geproduceerd. Door gebruik van de genoemde energiebronnen zal door de activiteit van autotrofe organismen de hoeveelheid organische stof toenemen.
Planten (Viridiplantae binnen de Archaeplastida, oorspronkelijk Plantae) zijn organismen die zich niet kunnen voortbewegen en die fotosynthese vertonen. De naam Plantae wordt niet meer voor een taxonomische eenheid gebruikt.
De plantenwereld van een regio.
Het in hoofdzaak uit zuurstof en stikstof bestaande gasmengsel dat de aarde tot op zekere hoogte omgeeft. Deze luchtlaag heet dampkring of atmosfeer.
Al het water dat zich onder het bodemoppervlak in de verzadigde zone bevindt en dat in direct contact met bodem of ondergrond staat.
Harde stof met een minerale samenstelling.
Vaste stoffen waaruit gesteenten zijn opgebouwd.
Uit delen samenstellen.
Scheikundig element uit de reeks niet-metalen van het periodiek systeem met atoomnummer 7.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
Oorsprong van een emissie.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Geconcentreerde uitstroming van kwelwater.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Oorsprong van een emissie.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
Wikipedia is een online encyclopedie die ernaar streeft inhoud te bieden die vrij herbruikbaar, objectief en verifieerbaar is.
Obligatoire verbintenisscheppende, meerzijdige rechtshandeling in de vorm van een wilsovereenkomst tussen twee of meer partijen gericht op het in het leven roepen van verbintenissen.
Document dat een tweedimensionale representatie van een object, persoon of situatie is. Toelichting: Een voor de hand liggend voorbeeld is een foto van een persoon. Er zijn evenwel diverse andere soorten van tweedimensionale representaties van objecten.
Een groep voorwerpen die een bepaald aantal kenmerken gemeenschappelijk heeft en zich daarin onderscheidt van overeenkomstige groepen. Verzameling mensen of dingen met dezelfde eigenschappen.
Geheel van individuen die in alle enigszins belangrijk geachte kenmerken met elkaar en met hun nakomelingen overeenkomen.
Geheel van individuen die in alle enigszins belangrijk geachte kenmerken met elkaar en met hun nakomelingen overeenkomen.
Een groep voorwerpen die een bepaald aantal kenmerken gemeenschappelijk heeft en zich daarin onderscheidt van overeenkomstige groepen. Verzameling mensen of dingen met dezelfde eigenschappen.
Geheel van individuen die in alle enigszins belangrijk geachte kenmerken met elkaar en met hun nakomelingen overeenkomen.
Mentale representatie van een soort ding.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
Een begrip is een entiteit waarmee een bepaalde klasse, een idee of een relatie als object aangeduid kan worden.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
Oorsprong van een emissie.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Oorsprong van een emissie.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
In de wiskunde is de afgeleide of het differentiaalquotiënt een maat voor verandering van een functie ten opzichte van verandering van zijn variabelen. Voor een functie in één variabele is de afgeleide de limiet van de verhouding tussen de verandering in de functiewaarde en de verandering in de variabele die daaraan ten grondslag ligt.
Een natuurlijk dan wel niet-natuurlijk persoon waarvan de waterbeheerder gegevens bewaart.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.