- waterdeel
waterdeel
Eigenschappen
Voorkeurslabel | waterdeel |
---|---|
Afkorting | wtd |
Definitie | Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is. |
Synoniem | waterdelen, WTD |
Toelichting op definitie | Het waterschap is bronhouder van het waterdeel en het ondersteunend waterdeel, voor zover gelegen in haar beheergebied. In DAMO worden de waterdelen opgeslagen en lopen synchroon met de LV.
De BGT kent vier typen waterdeel:
Voor de begrenzing van land en zee maakt de BGT onderscheid in de begrenzing langs de Noordzee enerzijds en die langs de Waddenzee en de Zuidwestelijke delta in Zeeland en Zuid-Holland anderzijds. Onder waterlopen vallen rivieren, kanalen, beken, sloten en grachten. Watervlakten zijn meren, plassen, vennen en vijvers. Ook havens vallen in de regel hieronder. Greppels en droge sloten hebben een functie in de waterhuishouding. Oevers en slootkanten zijn de delen die enerzijds begrensd worden door de waterlijn en anderzijds door een kant insteek. Slikken zijn bij laagwater droogvallende delen. Zij komen uitsluitend voor in de Waddenzee en in de Zuidwestelijke delta. In het algemeen geldt dat zichtbare topografie altijd als begrenzing voorkomt, in de beschreven situaties aangevuld met niet of niet-altijd zichtbare topografische begrenzingen. Waddenzee en Zuidwestelijke delta Daarnaast worden in deze wateren peilingen verricht voor het Lowest Astronomical Tide (LAT). Als de ligging daarvan beschikbaar is voor de BGT vormt het de scheiding tussen het waterdeel en het ondersteunend waterdeel type slik. Ontbreekt het LAT dan vormt de kunstmatige waterkering de scheiding tussen terrein en water. Meren In meren wordt een streefpeil beheerd door bemalen en/of spuien. Als de ligging van een peil bekend is en de horizontale afstand tussen een herkenbare insteek bedraagt 1m of meer dan ontstaat in de BGT een ondersteunend waterdeel van het type oever. Waar sprake is van meerdere streefpeilen, wordt uitgegaan van het laagste niveau of ondergrenspeil. Overige waterlopen en -vlakken In IMGeo zijn waterlopen en watervlakten nader te classificeren. Van remmingswerk, geleidewerk en vuilvang wordt de lijngeometrie opgenomen waarbij voor remmingswerk en geleidewerk geldt dat deze worden ingewonnen aan die zijde waar de scheepvaart langs vaart. Van betonning, meerpaal en hoogtemerk wordt de puntgeometrie opgenomen. Het objecttype functioneel gebied kent op het gebied van de waterhuishouding de classificaties ‘kering' als BGT inhoud, en in het optionele deel ‘waterbergingsgebied' en ‘infrastructuur waterstaatswerken'. Zie de paragraaf over functioneel gebied voor meer informatie. Functionele gebieden bevatten geen plaatsbepalingspunten. |
Exacte overeenkomst | https://imgeo.geostandaarden.nl/def/imgeo-object/waterdeel, https://imgeo.geostandaarden.nl/def/imgeo-object/ondersteunendwaterdeel/inwinningsregel-bgt, https://geonovum.github.io/IMGeo-objectenhandboek/waterdeel |
Afbeelding van | ![]() Schema BGT waterdeel. |
Status | Concept |
Relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunten |
---|---|---|
waterdeel | Breder | |
waterdeel | Bron van |
|
waterdeel | Gerelateerd |
Afgeleide relaties
Vertrekpunt | Relatie | Eindpunt |
---|---|---|
onbegroeid terreindeel (Begrip) | Gerelateerd | waterdeel |
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Een afkorting is, in schriftelijk taalgebruik, iedere verkorte schrijfwijze voor een woord, woordgroep, naam of andere aanduiding.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Objectcategorie in het natte beheer van de infrastructuur waaraan functie-eisen gesteld worden voor m.n. ecologie en waterkwaliteit, drinkwater, regionale watervoorziening, beroepsvisserij koelwater en zwemwater.
Grondoppervlak in principe bedekt met water.
De meest algemene, over de gehele aarde verbreide vloeistof die, als zij zuiver is, geen kleur, reuk of smaak heeft en waarvan de moleculen uit twee atomen waterstof en één atoom zuurstof bestaan (H2O).
Objectcategorie in het natte beheer van de infrastructuur waaraan functie-eisen gesteld worden voor m.n. ecologie en waterkwaliteit, drinkwater, regionale watervoorziening, beroepsvisserij koelwater en zwemwater.
Grondoppervlak in principe bedekt met water.
De meest algemene, over de gehele aarde verbreide vloeistof die, als zij zuiver is, geen kleur, reuk of smaak heeft en waarvan de moleculen uit twee atomen waterstof en één atoom zuurstof bestaan (H2O).
Het gelijk van aard of samenstelling zijn.
De mate van variatie in een dataset.
Een onderwerp met waarvoor een waarde wordt geregistreerd voor beheer en/of toetsing.
Een eigenschap of kenmerk is een verschijnsel dat typisch is voor een bepaalde persoon, voorwerp of zaak.
Eigenschap die we willen vastleggen over een entiteittype. Zie ook CI-type en entiteittype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
Een natuurlijk dan wel niet-natuurlijk persoon waarvan de waterbeheerder gegevens bewaart.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van een groep objecten die binnen een domein relevant zijn en als gelijksoortig worden beschouwd (UML Class)
Een klasse of objecttype in de zin van de objectoriëntatie is een mechanisme dat in bepaalde, objectgeoriënteerde programmeertalen gebruikt wordt om de toestandsruimte en interface van een verzameling objecten vast te leggen. Een klasse wordt ook wel omschreven als een sjabloon voor objecten.
Objectcategorie in het natte beheer van de infrastructuur waaraan functie-eisen gesteld worden voor m.n. ecologie en waterkwaliteit, drinkwater, regionale watervoorziening, beroepsvisserij koelwater en zwemwater.
Grondoppervlak in principe bedekt met water.
De meest algemene, over de gehele aarde verbreide vloeistof die, als zij zuiver is, geen kleur, reuk of smaak heeft en waarvan de moleculen uit twee atomen waterstof en één atoom zuurstof bestaan (H2O).
Objectcategorie in het natte beheer van de infrastructuur waaraan functie-eisen gesteld worden voor m.n. ecologie en waterkwaliteit, drinkwater, regionale watervoorziening, beroepsvisserij koelwater en zwemwater.
Grondoppervlak in principe bedekt met water.
De meest algemene, over de gehele aarde verbreide vloeistof die, als zij zuiver is, geen kleur, reuk of smaak heeft en waarvan de moleculen uit twee atomen waterstof en één atoom zuurstof bestaan (H2O).
Norm die door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut is uitgegeven.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Het bepalen van de worteldichtheid op verschillende dieptes aan de hand van het aantal wortels in een bodemmonster.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Beschrijving van de generieke kenmerken waarover een object dient te beschikken om te worden geclassificeerd als instantie van een specifiek objecttype.
Een overheidsinstantie die in een bepaalde regio in Nederland tot taak heeft de waterhuishouding te regelen. De regio wordt niet bepaald door gemeente- of provinciegrenzen, maar door stroomgebieden.
Partij die verantwoordelijk is voor het inwinnen, actueel houden, opslaan en ter beschikking stellen van data.
Object dat in het kader van de waterhuishouding periodiek gedeeltelijk of geheel met water is bedekt.
Gebied waarvoor geldt dat één organisatie dit beheert.
DAMO (of voluit: Data Afspraken Modelmatig Ondersteund) is het datamodel van en voor de waterschappen, waarin de kerngegevens voor de primaire processen en de wettelijke verplichtingen gestandaardiseerd staan omschreven.
De Basisregistratie Grootschalige Topografie of BGT is een basisregistratie van de Nederlandse overheid, geregeld in de Wet van 25 september 2013, houdende regels omtrent de basisregistratie grootschalige topografie (Wet basisregistratie grootschalige topografie), die op 1 januari 2016 in werking is getreden. In de BGT wordt de topografie van heel Nederland op een eenduidige wijze vastgelegd en beschikbaar voor alle gebruikers. De BGT vervangt hiermee de Grootschalige Basiskaart (GBKN) van Nederland.
Uitgestrekt oppervlak zout water dat het grootste deel van de aarde bedekt.
Een langgerekte verlaging in het terrein van natuurlijke of kunstmatige oorsprong die permanent of periodiek stromend water bevat.
Een langgerekte verlaging in het terrein van natuurlijke of kunstmatige oorsprong die permanent of periodiek stromend water bevat.
Een langgerekte verlaging in het terrein van natuurlijke of kunstmatige oorsprong die permanent of periodiek stromend water bevat.
Een verlaging in het aardoppervlak van natuurlijke of kunstmatige oorsprong, die permanent of periodiek water bevat.
Een verlaging in het aardoppervlak van natuurlijke of kunstmatige oorsprong, die permanent of periodiek water bevat.
Ondiepe gegraven geul voor waterafvoer vanuit de kavel naar de sloot.
Ondiepe gegraven geul voor waterafvoer vanuit de kavel naar de sloot.
Een langgerekte verlaging in het terrein van natuurlijke of kunstmatige oorsprong die permanent of periodiek stromend water bevat.
Een langgerekte verlaging in het terrein van natuurlijke of kunstmatige oorsprong die permanent of periodiek stromend water bevat.
Een langgerekte verlaging in het terrein van natuurlijke of kunstmatige oorsprong die permanent of periodiek stromend water bevat.
Een brede natuurlijke waterloop die de afwatering van een stroomgebied verzorgt.
Een binnenwaterlichaam dat grotendeels bovengronds stroomt, maar dat voor een deel van zijn traject ondergronds kan stromen.
Het water, dat ten atmosferische neerslag op hellende terreinen valt, vloeit, voor zover het niet verdampt of door planten wordt opgenomen, tezamen tot een waterloop en stroomt naar laaggelegen streken. Zulk een natuurlijke afvloeiing heet een rivier.
Een gegraven grote waterloop die dient voor scheepvaart en/of watertransport.
Een gegraven grote waterloop die dient voor scheepvaart en/of watertransport.
Een natuurlijke smalle waterloop zonder getij.
Algemene benaming voor een waterloop van beperkte breedte die stilstaand of slechts langzaam stromend water bevat.
Algemene benaming voor een waterloop van beperkte breedte die stilstaand of slechts langzaam stromend water bevat.
Een gracht is een gegraven greppel met water, die hoofdzakelijk voorkomt in oude steden.
Een massa stilstaand landoppervlaktewater.
Een massa stilstaand landoppervlaktewater.
Natuurlijk, stilstaand waterbekken van niet te grote omvang.
Een klein ondiep meer gelegen in heidegebied.
Gegraven waterpartij, aangelegd in stedelijke omgeving of in een parklandschap.
Een tot ligplaats van schepen geschikt, natuurlijk of gegraven waterbekken aan zee of aan de oever van een rivier of binnenwater, dat beschutting biedt tegen wind en golven.
Bewering over hoe de werkelijkheid eruit moet zien.
Ondiepe gegraven geul voor waterafvoer vanuit de kavel naar de sloot.
In de wiskunde drukt een functie een afhankelijkheid uit van één element van een ander. Meestal wordt het begrip gebruikt in de traditionele context waarin deze elementen getallen zijn.
De bestemming en daarmee het gewenste gebruik, met het oog op de daarbij betrokken belangen.
De wijze waarop water in een bepaald gebied wordt opgenomen, zich verplaatst, en gebruikt, verbruikt en afgevoerd (enz.) wordt.
Het gebied op de grens van water en land waar het dynamisch samenspel van land en water plaatsvindt.
Het gebied op de grens van water en land waar het dynamisch samenspel van land en water plaatsvindt.
Het gebied op de grens van water en land waar het dynamisch samenspel van land en water plaatsvindt.
Object dat in het kader van de waterhuishouding periodiek gedeeltelijk of geheel met water is bedekt.
Een topografische - en internationaal rechtserkende eenheid.
De Waddenzee (Fries: Waadsee, Duits: Wattenmeer, Deens: Vadehavet) is de binnenzee tussen de Waddeneilanden en de Noordzee aan de ene kant, en het vasteland van Nederland, Duitsland en Denemarken aan de andere kant.
De armen waarin de rivier zich vertakt bij haar uitmonding inclusief het door die armen omsloten land.
Delta is een plugin op Erdas Imagine, ontwikkeld door Imagem om mutaties in het terrein op te sporen middels remote sensing technieken.
Het gebied op de grens van water en land waar het dynamisch samenspel van land en water plaatsvindt.
Het gebied op de grens van water en land waar het dynamisch samenspel van land en water plaatsvindt.
Het gebied op de grens van water en land waar het dynamisch samenspel van land en water plaatsvindt.
Beschrijving van een in een bepaald deel van de zuiveringsinstallatie/kunstwerk gebruikt onderdeel.
Beschrijving van een in een bepaald deel van de zuiveringsinstallatie/kunstwerk gebruikt onderdeel.
Verzameling primaire processen binnen de hoofdtaak zuiveren van afvalwater van een Waterschap ten bate van het verwijderen van biologisch afbreekbare verontreinigingen uit het afvalwater op een rioolwaterzuiveringsinstallatie.
De snijlijn van het watervlak ter hoogte van het peil met de aangrenzende gronden.
De snijlijn van het schuine oevertalud (oeverhelling) met het horizontaal gelegen maaiveld.
De laagste stand van het water in een bepaalde periode.
Plaatsbeschrijving.
Kunstmatige hoogte, natuurlijke hoogte of gedeelte daarvan, of hoge gronden met ondersteunende kunstwerken, die een waterkerende of mede een waterkerende functie hebben.
Kunstmatige hoogte, natuurlijke hoogte of gedeelte daarvan, of hoge gronden met ondersteunende kunstwerken, die een waterkerende of mede een waterkerende functie hebben.
In het algemeen is een vorm hoe een voorwerp zintuiglijk (tast, zicht, enzovoorts) op de mens overkomt, bijvoorbeeld cirkel, vierkant, rechthoek, ovaal, driehoek.
In het algemeen is een vorm hoe een voorwerp zintuiglijk (tast, zicht, enzovoorts) op de mens overkomt, bijvoorbeeld cirkel, vierkant, rechthoek, ovaal, driehoek.
Verticale wand ter scheiding van land en water, opgebouwd uit een muur van gemetselde stenen of gestort beton.
Een walbescherming, opgebouwd uit een muur van gemetselde stenen of gestort beton.
Een nagenoeg verticale wand tot kering van grond om afkalving van water te voorkomen, niet zijnde een kademuur.
In het algemeen is een vorm hoe een voorwerp zintuiglijk (tast, zicht, enzovoorts) op de mens overkomt, bijvoorbeeld cirkel, vierkant, rechthoek, ovaal, driehoek.
In het algemeen is een vorm hoe een voorwerp zintuiglijk (tast, zicht, enzovoorts) op de mens overkomt, bijvoorbeeld cirkel, vierkant, rechthoek, ovaal, driehoek.
Buitendijks aangeslibde, onbegroeide grond die bij vrijwel elk hoogwater onderloopt.
Door een type landgebruik gekarakteriseerd zichtbaar begrensd stuk grond, niet zijnde weg, spoorbaan of water.
Kunstmatige hoogte, natuurlijke hoogte of gedeelte daarvan, of hoge gronden met ondersteunende kunstwerken, die een waterkerende of mede een waterkerende functie hebben.
Kunstmatige hoogte, natuurlijke hoogte of gedeelte daarvan, of hoge gronden met ondersteunende kunstwerken, die een waterkerende of mede een waterkerende functie hebben.
Een object is een materieel (tastbaar) iets, veelal bestaand uit vaste, levenloze materie.
Een object is een materieel (tastbaar) iets, veelal bestaand uit vaste, levenloze materie.
Het gebied op de grens van water en land waar het dynamisch samenspel van land en water plaatsvindt.
Het gebied op de grens van water en land waar het dynamisch samenspel van land en water plaatsvindt.
Het gebied op de grens van water en land waar het dynamisch samenspel van land en water plaatsvindt.
In een peilgebied/peilafwijking nagestreefd peil (veelal voor een bepaalde periode).
In een peilgebied/peilafwijking nagestreefd peil (veelal voor een bepaalde periode).
Het verwijderen van overtollig water door middel van een gemaal.
Het door een spui lozen van water.
Kortstondig gemiddelde van de hoogteligging van de waterspiegel t.o.v. een referentievlak, zoals NAP.
Afstand is een natuurkundige en wiskundige grootheid die de meetbare ruimte tussen twee niet samenvallende objecten aangeeft.
Een massa stilstaand landoppervlaktewater.
Een massa stilstaand landoppervlaktewater.
In een peilgebied/peilafwijking nagestreefd peil (veelal voor een bepaalde periode).
In een peilgebied/peilafwijking nagestreefd peil (veelal voor een bepaalde periode).
Een object is een materieel (tastbaar) iets, veelal bestaand uit vaste, levenloze materie.
Een object is een materieel (tastbaar) iets, veelal bestaand uit vaste, levenloze materie.
Een verlaging in het aardoppervlak van natuurlijke of kunstmatige oorsprong, die permanent of periodiek water bevat.
Een verlaging in het aardoppervlak van natuurlijke of kunstmatige oorsprong, die permanent of periodiek water bevat.
Onder classificatie verstaat men ten minste drie verschillende zaken: een activiteit, het resultaat daarvan, en het gebruik of toepassen van de resultaten.
Onder classificatie verstaat men ten minste drie verschillende zaken: een activiteit, het resultaat daarvan, en het gebruik of toepassen van de resultaten.
Verzamelbegrip voor alle vastgoedelementen die niet elders in de gegevensbeschrijving konden worden ondergebracht.
Ruimtelijk object al dan niet ter detaillering dan wel ter inrichting van de overige benoemde ruimtelijke objecten of een ander inrichtingselement.
Constructie langs de opstelruimte en wachtruimte bedoeld voor het afmeren van schepen.
Fuikvormige constructie aansluitend aan het hoofd van een kunstwerk voor het geven van mechanische en visuele geleiding tijdens het invaren van dat kunstwerk.
Een voorziening om de waterloop dan wel één of meerdere objecten benedenstrooms te vrijwaren van drijvend vuil en dergelijke.
Verzamelnaam voor het verkeer te water.
Een langgerekte verlaging in het terrein van natuurlijke of kunstmatige oorsprong die permanent of periodiek stromend water bevat.
De scheepvaart in het algemeen.
De verheid per uur.
Een gegraven grote waterloop die dient voor scheepvaart en/of watertransport.
Een gegraven grote waterloop die dient voor scheepvaart en/of watertransport.
Een langgerekte verlaging in het terrein van natuurlijke of kunstmatige oorsprong die permanent of periodiek stromend water bevat.
Een langgerekte verlaging in het terrein van natuurlijke of kunstmatige oorsprong die permanent of periodiek stromend water bevat.
Een verankerd drijvend voorwerp met of zonder verlichting, vervaardigd van staal, hout of kunststof, dat dient voor het aangeven van vaarwegen, gevaren onder water, bijzondere punten van een wedstrijdbaan, of de positie van een uitstaand anker.
Een systeem van boeien en bakens, waarmee in open zee of in een vaarwater ondiepten of de aanwezigheid van gevaarlijke objecten worden aangegeven.
Paal voor een kade of in een haven waaraan een schip kan worden afgemeerd.
Hoogte van een NAP-hoogtemerk in een object, bijvoorbeeld een kunstwerk of inrichtings- element.
Het geheel van virtuele en fysieke (aanwijsbare) opdelingen en indelingen van het aardoppervlak.
Het geheel van virtuele en fysieke (aanwijsbare) opdelingen en indelingen van het aardoppervlak.
Onder classificatie verstaat men ten minste drie verschillende zaken: een activiteit, het resultaat daarvan, en het gebruik of toepassen van de resultaten.
Onder classificatie verstaat men ten minste drie verschillende zaken: een activiteit, het resultaat daarvan, en het gebruik of toepassen van de resultaten.
Grootte van het gebied in de ruimte dat door het voorwerp of substantie wordt ingenomen.
Beschrijving van een in een bepaald deel van de zuiveringsinstallatie/kunstwerk gebruikt onderdeel.
Beschrijving van een in een bepaald deel van de zuiveringsinstallatie/kunstwerk gebruikt onderdeel.
Een krachtens de Wet ruimtelijke ordening voor waterstaatkundige doeleinden bestemd gebied, niet zijnde een oppervlaktewaterlichaam of onderdeel daarvan, dat dient ter verruiming van de bergingscapaciteit van een of meer watersystemen en ook als bergingsgebied op de legger is opgenomen.
Wegen en vaarwegen, waaronder routenetwerken voor wandelen, fietsen en varen, en spoorwegen, havens, luchthavens, energie-infrastructuur, buisleidingen, openbare hemelwater- en ontwate-ringsstelsels en vuilwaterriolen, infrastructuur voor watervoorzienings-werken als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drinkwaterwet en andere vitale infrastructuur.
Oppervlaktewaterlichaam, bergingsgebied, waterkering of ondersteunend kunstwerk.
Gegevens waaraan vanuit een bepaalde context betekenis wordt toegekend.
Het geheel van virtuele en fysieke (aanwijsbare) opdelingen en indelingen van het aardoppervlak.
Het geheel van virtuele en fysieke (aanwijsbare) opdelingen en indelingen van het aardoppervlak.
Punt dat is ingemeten en vervolgens gebruikt is bij en onderdeel uitmaakt van de begrenzing van BGT objecten.
Obligatoire verbintenisscheppende, meerzijdige rechtshandeling in de vorm van een wilsovereenkomst tussen twee of meer partijen gericht op het in het leven roepen van verbintenissen.
Document dat een tweedimensionale representatie van een object, persoon of situatie is. Toelichting: Een voor de hand liggend voorbeeld is een foto van een persoon. Er zijn evenwel diverse andere soorten van tweedimensionale representaties van objecten.
Een schema is in het algemeen een specifiek, goed gedocumenteerd en consistent plan.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Kleinste functioneel onafhankelijk stukje water met gelijkblijvende, homogene eigenschappen en relaties dat er binnen het objecttype Water van NEN 3610 wordt onderscheiden en dat permanent met water bedekt is.
Voorstelling in willekeurige vorm van een object, proces of systeem.
Een abstractie representatie van zaken.
Mentale representatie van een soort ding.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
De typering van het structurele verband tussen een object van een objecttype en een (ander) object van een ander (of hetzelfde) objecttype.
Een begrip is een entiteit waarmee een bepaalde klasse, een idee of een relatie als object aangeduid kan worden.
Het systeem dat de in te winnen grootheden levert.
Een bron is de plaats of organisatie waar bepaalde informatie is ontstaan en/of beschikbaar wordt gesteld, of de documenten waarin die informatie is vervat.
Punt van waaruit grondwater wordt onttrokken.
Oorsprong van een emissie.
Grondwater dat op natuurlijke wijze uit het aardoppervlak tevoorschijn komt.
In de wiskunde is de afgeleide of het differentiaalquotiënt een maat voor verandering van een functie ten opzichte van verandering van zijn variabelen. Voor een functie in één variabele is de afgeleide de limiet van de verhouding tussen de verandering in de functiewaarde en de verandering in de variabele die daaraan ten grondslag ligt.